Op missie naar de schatten van het Congobekken

Op missie naar de schatten van het Congobekken

WWF-België is al jaren actief in het Congobekken om er de laatste wilde bonobo’s te beschermen. Maar deze regio telt nog tal van andere natuurschatten, die tot nu toe nooit onderzocht werden. Op onze vraag zijn zeven wetenschappers ter plaatse op onderzoek uitgetrokken. Ze stelden een inventaris op van de biodiversiteit, ontdekten potentieel nieuwe diersoorten en probeerden een nieuwe methode uit om bonobo’s te tellen!

Het Congobekken staat bekend als het grote groene hart van het Afrikaanse continent. Het kent een buitengewone biologische rijkdom, waaronder iconische diersoorten. In dit relatief ongerepte landschap leven bonobo's, maar ook dwergkrokodillen, buffels, bosolifanten, en talrijke vogels en ongewervelden. Maar net als elders voert de demografische en economische ontwikkeling ook hier een toenemende druk uit op deze biologische schatten.  Al jaren steunt WWF, tesamen met de lokale bevolking, het behoud van de bonobos en hun boshabitat via het opzetten en beheren van dorpsbosconcessies. En dit met eigen fondsen en die van de Belgische overheid (DGD) en in nauwe samenwerking met het WWF-kantoor in Congo. 

Het is echter moeilijk om op alle fronten concrete actie te ondernemen zolang we de staat van de biodiversiteit niet kennen, en we dus niet weten hoe die evolueert. Net als in talloze andere gebieden van tropisch Afrika, wordt er immers weinig onderzoek verricht naar de biodiversiteit van het Congobekken. “Dit komt deels doordat deze gebieden vaak moeilijk te bereiken zijn, en anderzijds omdat de biodiversiteit er zó buitengewoon is, dat er altijd enorm veel valt te ontdekken”, legt Dr. Merlijn Jocque uit, die de BINCO-missie (Biodiversity Inventory for Conservation) heeft geleid en als bioloog is verbonden aan het Belgisch Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen. 7 wetenschappers gingen een maand lang op pad om de biodiversiteit te inventariseren.

Onze wetenschappers trokken naar Malébo, waar woud en savanne elkaar ontmoeten. Dag en nacht wisselden de onderzoekers elkaar af om de biodiversiteit van deze regio op te lijsten, van ongewervelden tot grote zoogdieren. En de resultaten zijn veelbelovend.

“We hebben enorme lappen woud aangetroffen die nog in goede staat zijn en zagen wilde diersoorten in goede gezondheid. Maar ontbossing en illegale jacht vormen een ernstige bedreiging. We moeten nu in actie komen”, benadrukt Merlijn.

Een moeilijk toegankelijk paradijs

De toegang tot dit gebied isniet makkelijk. Er zijn amper bruikbare wegen, waardoor er meerdere dagen nodig zijn om het hart van dit wilde landschap te bereiken.

“We hebben 600 kg onderzoeksmateriaal in de wagen van WWF geladen en hebben uren gereden over zeer oncomfortabele wegen”, blikt Merlijn Jocque terug. “Op een bepaald moment liep de weg echter dood. Toen moesten we de weg naar het kamp te voet verderzetten. Met een dertigtal mensen hebben we al het materiaal en alles wat we nodig hadden om ter plaatse te kamperengedragen.”

24 uur onderzoek, steeds opnieuw

“Ons kamp sliep letterlijk nooit”, legt Merlijn uit. Elk team heeft zijn taak en werkt op een bepaald moment van de dag of nacht, in functie van het tijdstip waarop de onderzochte diersoort het meest actief is.

Vier uur ‘s ochtends. In het kamp, dat zich op drie uur stappen van het eerste hobbelwegje bevindt, stapt de ornitoloog uit bed. Nog voor de zon opkomt weerklink namelijk al het eerste vogelgezang. En dat moet hij vastleggen. Nauwgezet noteert hij alle vogelsoorten die hij hoort of ziet.

Wanneer de zon aan de horizon verschijnt, stapt ook de herpetoloog (herpetologie is de studie van amfibieën en reptielen) het bos in. Dit is immers het moment waarop de reptielen en slangen opduiken, zoekend naar de eerste zonnestralen om zich aan op te warmen.

Leptopelis ocellatus

De entemoloog (entemologie is de studie van insecten) speurt dan weer overdag naar vlinders en andere insecten. Hij gaat daarmee verder tot de invallende duisternis de ogen van de spinnen doet oplichten.

Spider

’s Avonds is het dan weer de beurt aan de zoologen, want dan zijn de zoogdieren het actiefst.

In totaal hebben de wetenschappers geïnventariseerd:

  • 158 vogelsoorten, waaronder soorten met een groter verspreidingsgebied dan eerder geschat, zoals de Zenkers honingspeurder. En mogelijk zelfs een nieuwe soort voor de DRC: de boszwaluw.
  • 40 amfibie- en reptielsoorten, waaronder de dwergkrokodil, een kwetsbare soort.
  • 27 zoogdiersoorten, waaronder sommige met uitsterven bedreigd zijn. Bijvoorbeeld de bosolifant, de bosbuffel, en natuurlijk ook de bonobo.

Daartoe behoren ook meerdere soorten die mogelijk nieuw zijn voor de wetenschap. Diepgaandere studies moeten dit binnenkort bevestigen. 

Een nieuwe manier om bonobo’s te tellen

De bonobo is een endemische diersoort in het Congobekken. Hij komt nergens anders in het wild voor. We ondersteunen al jarenlang het behoud van deze tot de verbeelding sprekende aap. Om de status van hun populatie op te volgen, waren we tot nu toe aangewezen op de zogenaamde ‘transectmethode’. Daarbij tellen we het aantal bonobonesten in een bepaald deel van het territorium, en extrapoleren dat vervolgens naar de rest van het woud, rekening houdend met een groot aantal factoren. Maar doordat het zo moeilijk is om toegang te krijgen tot dit gebied, is deze methode erg ingewikkeld en tijdrovend.

Tijdens deze missie hebben de wetenschappers daarom een innoverende methode uitgeprobeerd: onderzoek via thermische beeldvorming met behulp van een drone. En dat was een groot succes! Voor de allereerste keer hebben ze bonobo’s gespot terwijl die sliepen in hun nest. “We zijn erin geslaagd om aan te tonen dat deze techniek werkt. Nu moeten we hem uitbreiden om volledige resultaten te verkrijgen”, verheugt Merlijn zich. Deze uiterst veelbelovende techniek kan ons helpen een nauwkeuriger beeld te verkrijgen van de stand van de bonobopopulatie.

De missie was een succes

Na een maand op het terrein keert het wetenschappelijke team terug met meer dan bevredigende resultaten. Ja, er leven nog talloze soorten. De natuur is er nog relatief onaangetast door intensieve ontbossing doordat de regio niet toegankelijk is via wegen. Ook de savanne is behoorlijk goed bewaard gebleven.

Ondanks de afgelegenheid van het onderzochte gebied, stootten de wetenschappers toch op signalen dat ook deze gebieden bedreigd worden. Zo zagen de biologen markeringen op bomen die wezen op plannen voor boskap. Net als elders leggen demografische en economische ontwikkeling een steeds grotere druk op biologische hulpbronnen. Congolese teamleden spraken over toegenomen jacht met als bestemming de bushmeat markten in Kinshasa, in die mate dat jagers overschakelen naar visserij omdat wild steeds moeilijker te vinden is.

In de regio Malébo waar de missie plaatsvond, is de jacht deels gereguleerd, via de dorpsbosconcessies die opgericht werden om bonobo’s te beschermen en ecotoerisme te bevorderen en de industriële houtkap te vermijden. Nu moet deze aanpak via dorpsbos concessies uitgebreid worden naar nieuwe bosgebieden in Mai Ndombe, Een dergelijk programma wordt nu gelanceerd op financiering van de Belgische ontwikkelingssamenwerking (DGD) en WWF Belgie met uitvoering door WWF RDC.  Dorpsbosconcessies kunnen vrij groot zijn (maximaal 10 maal het zoniënwoud) en laten toe dat dorpen op duurzame en gevarieerde wijze van de diensten van het bos kunnen profiteren, dat industriële houtkap vermeden en het bos beschermd wordt tegen kap voor landbouw. Ze zijn bovendien een kader voor duurzaam faunabeheer.

Voor deze expeditie mobiliseerde BINCO expertise van hoog niveau over veel taxonomieën (ongewervelde dieren, avifauna, herpetofauna, reptielen, grote zoogdieren, enz.), waardoor deze resultaten van grote wetenschappelijke waarde werden genoteerd. WWF wil alvast een onderzoeksstation uitbouwen in Malebo en dit soort expedities voortzetten in andere landschappen of beschermde gebieden die we ondersteunen in de DRC", aldus Ménard Mbende, coördinator van beschermde gebieden en bio-monitoring bij WWF-DRC.

“Voortaan hebben we een vergelijkingspunt, en kunnen we ons concentreren op bepaalde elementen en diersoorten. Deze nieuwe kennis zal ons een betere zichtbaarheid bezorgen, meer aandacht trekken en nieuwe initiatieven mogelijk maken”, besluit Merlijn Jocque.

Met de financiële steun van:

Lees het volledige rapport (Engels) Blijf op de hoogte van onze acties
schrijf u in voor onze nieuwsbrief